Advies Kostenreductie dijkversterking door rivierverruiming
Het directoraat-generaal Ruimte en Water (DGRW) heeft het ENW advies gevraagd over de aanpassing van de methodiek en de resultaten voor de berekening van de kostenreductie op dijkversterking door rivierverruiming, zowel voor de korte als de lange termijn. Hoofdvraag is of de methode betrouwbaar genoeg is om kostenreductie voor rivierverruiming mee te bepalen.
Het ENW heeft grote waardering voor de studie, de rapportage en de wijze waarop is omgegaan met het vorige advies. De gehanteerde methode is echter complex en rekenintensief in specifieke gevallen, waardoor het voor niet-ingewijden lastig is de methode te volgen. Het ENW adviseert dan ook een samenvatting te maken en voor specifieke situaties een eenvoudiger te hanteren gereedschap te ontwikkelen. Het detailniveau van de methode is adequaat voor de huidige globale verkenning, maar niet voor het bepalen van keuzes in specifieke projecten. Daarbij adviseert het ENW vooral te kijken naar de onderlinge verhouding van de rekenresultaten, in plaats van naar de absolute getallen. Over de wijze waarop de Maasvallei is meegenomen, adviseert het ENW om de aanwezige hoogte van keringen mee te nemen en dus uit te gaan van systeemwerking, wat effect heeft op de optredende schades. Het toepassen van de pipingregel van Sellmeijer in de Maasvallei acht het ENW discutabel. Kosten voor dijkversterking lijken over het algemeen hoog. De verwachting is dat nieuwe technieken in de komende decennia tot flinke kostenbesparingen zullen leiden.