Advies Verzekerbaarheid van overstromingsrisico's
Na het hoogwater van 2021 in Limburg is de verzekerbaarheid van schade door overstromingen weer onderwerp van maatschappelijk debat geworden. Daarom is de overheid een verkenning gestart naar de verzekerbaarheid van risico’s van grootschalige overstromingen. Daarbij gaat het om het overstromen van het binnendijks gebied vanuit het primaire watersysteem (‘buitenwater’). In dit kader heeft het ministerie van Infrastructuur gevraagd om een herijking van het advies dat het ENW in 2008 uitbracht over het verzekeren van grootschalige overstromingen, met inachtneming van recente ontwikkelingen.
Het ENW heeft in 2008 geadviseerd grootschalige overstromingen niet via (her) verzekeraars te verzekeren. Centrale argumenten waren destijds de kosten van risicospreiding en de financiering van de schade. Met name door de cumulatie van uitzonderlijk hoge schade in één enkel jaar gedurende een onvoorspelbaar lange periode, zijn private verzekeringsoplossingen relatief zeer duur en zijn de premies veel hoger dan de jaarlijks verwachte schade. Bij zeer grote schades door grootschalige overstroming is in de Nederlandse situatie schadevergoeding door de overheid macro-economisch gezien verreweg het goedkoopst.
Het ENW staat in 2023 nog volledig achter het advies uit 2008. Wel heeft het ENW daarbij twee aanvullingen. Dit betreft de administratieve afhandeling van de opgetreden schade. Het ENW beveelt aan te verkennen hoe de huidige afhandeling van schade kan worden verbeterd. Het hoogwater van 2021 heeft tekortkomingen laten zien, zoals de vraag waar getroffenen terecht kunnen en de snelheid van uitkeringen. Daarnaast adviseert het ENW om de reikwijdte van de Wet tegemoetkoming schade expliciet uit te breiden naar overstromingen van binnendijks gebied vanuit het primaire systeem, want dat is nu niet duidelijk geformuleerd in de wet. Een expliciete uitbreiding geeft duidelijkheid aan onder andere de burgers, de financiële sector en het buitenland hoe de overheid naar deze risico’s kijkt.